De liturgie van het Koninkrijk
Wat is het?
In de Kerk van Johannes, direct geïnspireerd door de hemel ter voorbereiding op de komst van het Koninkrijk van God op aarde, leek het noodzakelijk om geleidelijk de liturgie van de Kerk van Petrus aan te passen aan het nieuwe geloof en aldus te beantwoorden aan de specifieke behoeften van het Verk van de Vrouwe in onze tijd van transitie.
Op zondag 31 mei 2015, tijdens het grote Feest van de Vijfeenheid (wat dat jaar samenviel met het Feest van de Vrouwe van alle Volkeren), werden de eerste elementen van deze hervorming geïntroduceerd, zowel in de liturgie van het Woord als in de eucharistische liturgie.
Wat de eerste betreft, zijn er drie belangrijke veranderingen op zon- en feestdagen:
- de vervanging van de eerste lezing (brief uit het Nieuwe Testament of lezing uit het Oude Testament) door een tekst die wordt gepresenteerd als zijnde afkomstig uit het “spirituele erfgoed van de mensheid”. Het is de bedoeling om onder deze noemer een uitgebreide verzameling spirituele teksten van alle oorsprong samen te brengen: niet alleen uit de twee Testamenten, maar ook uit andere bronnen of zelfs geschreven door auteurs die tot andere religies behoren. (NB: Opgemerkt dient te worden dat het momenteel geselecteerde teksten zijn, niet alle geschriften van dezelfde auteurs, noch de religies waartoe zij behoren worden hierbij meteen “gevalideerd”);
- de introductie van een lezing uit Marie-Paule’s Werken en geplaatst na het lezen van het Evangelie (het wordt gelezen door een Moeder van de Familie van de Zonen en Dochters van Maria of door een Zuster);
- het samenbrengen van de drie lezingen (“Erfgoed”, Evangelie, werken van de Vrouwe) onder eenzelfde thema dat dus dient als “titel” van de Mis. Het kan de naam zijn van het religieuze feest van die dag, een element van het christelijk leven of een aspect van het Mysterie van de Vrouwe en van de Mede-Verlossing dat moet worden benadrukt.
Opgemerkt dient te worden dat in de Kerk van Johannes, de religieuze feesten aan wie een vaste dag wordt gegeven (Driekoningen op 6 januari, Hemelvaart op 15 augustus, enz.), niet worden verplaatst naar de dichtstbijzijnde zondag, maar hun ware plaats behouden. Echter, ten behoeve van de gelovigen die de mis niet konden bijwonen tijdens de week, is het thema van de erop volgende zondag een herinnering aan de betekenis van het feest dat die week heeft plaatsgevonden (of een “uitbreiding” van de betekenis ervan).