Minuten van liefde met Maria

– Geestelijke post –

Tegenwerking in het apostolaat

Het is een grootmoeder die bij u troost komt zoeken. Zelfs als ik zes kinderen heb gehad, kan ik u toch zeggen dat ik nooit gebrek gekend heb, want mijn man is altijd een goede werker, opgeruimd en oprecht geweest. Mijn kinderen zijn allen op hun bestemming en zijn goed gehuwd.

In de loop van mijn leven heb ik heel wat tijd besteed aan bepaalde verenigingen. Het is daar dat ik allerlei soorten teleurstellingen heb gekend, zozeer dat ik alles heb losgelaten, om in vrede verder te leven bij mij thuis.

Nu ik de armen vrij heb daar ik met mijn man alleen ben, heb ik met mijn organisatietalenten, ik moet het zonder verwaandheid erkennen, besloten mijn vrije tijd te wijden aan werken, speciaal aan het Leger van Maria dat onlangs in mijn parochie is gevestigd. Mijn geluk was te groot; ik moet het nogmaals betalen…! Wij vormen een mooie groep: jongeren en minder jongeren, waarvan ik de oudste, maar niet het minst alert ben. Wij zijn met 32 personen in het Centrum en alles loopt goed. Het ontbreekt niet aan plannen en ook niet aan goede stemming.

Kunt u mij zeggen hoe het komt dat de meest verbazingwekkende ongunstige beoordelingen ons bereiken van personen die niets afweten van onze bijeenkomsten, omdat zij nooit zijn gekomen? Maar deze keer laat ik het niet los. Wij zetten ons in voor een goede zaak, terwijl overal elders alles zo slecht gaat.

Ik verzeker u dat ik altijd een weerwoord bij de hand zou hebben; ik heb me er al van bediend. Maar in het Leger van Maria moet men de gebreken van anderen vergeten en de onze uitroeien. Dat is niet zo dwaas! maar niet altijd gemakkelijk. Dat is, lijkt me, een van de eerste voorwaarden om tot de groep te behoren.

Daarom kom ik u zeggen dat mijn gemakkelijk weerwoord, voorheen boosaardig, is veranderd in barmhartige overwegingen, en dat ik een innig geluk ken, dat ik nooit eerder heb beleefd. Het innerlijke leven wordt steeds mooier en mooier, op voorwaarde dat men er zorg voor draagt, niet waar? Ik kan u zeggen dat men op iedere leeftijd bijleert! Ik dank de groep, die de moed heeft gehad om het Leger van Maria bij ons te komen oprichten.

Mevr. B.

Als u de vertrouwelijke mededelingen van de animatorens en animatrices zou ontvangen, dan zou u vlug getroost en bemoedigd zijn, want de kritiek in het apostolaat of op andere terreinen heeft altijd bestaan. Moet men zich daarover verbazen? Neen.

Sta mij toe u allereerst te feliciteren vanwege uw toewijding voor deze mariale zaak. Als de plicht minder zwaar wordt, wat is er dan beter om de dagen op te luisteren en zeer zuivere vreugden te kennen, door zich voor een Werk te geven. Het is trouwens door zich te geven dat men ontvangt. Bovendien weergalmt de dienst aan anderen uit liefde tot de Heer en Zijn Moeder tot in de eeuwigheid.

U schijnt het programma van het Leger van Maria goed te hebben begrepen. Op de eerste plaats de innerlijke hervorming! Men moet zich niet ergeren aan het gekonkel en de woorden van anderen, want er zullen altijd kleingeestigheden zijn in het hart van de mensen. Zij bevinden zich ook in ons hart! Moeten wij niet bepaalde gevoelens terugdrijven, die opduiken op het moment waarop ze het minst verwacht worden, moeten we niet zekere opwellingen onderdrukken of zich inspannen om een gebaar van zelfopoffering, van vriendschap, van tederheid te stellen…? Iedere dag eist zijn aandeel aan herhaalde inspanningen, die leiden tot het beoefenen van de mooiste deugden, welke ons voeren naar de volmaaktheid.

Laten wij moeite doen om te bouwen en de tegenwerking te vergeten. Laat ons eraan denken dat wij die nodig hebben, want God laat deze donkere kanten toe, opdat het goede heel zijn waarde krijgt. Laten wij de kritiek opnemen als een genade, die heerlijke geur aan onze werken geeft en de verdiensten ervan vertienvoudigt. De grootste werken worden hierbeneden vervalst, waar het kwaad naast het goede de wacht houdt. Bovendien bewaren de tegenwerking en de minachting de apostolische zielen in de nederigheid, de zo noodzakelijke deugd voor het opbouwen van de goddelijke werken, want “de nederigheid is de bodem waarop alle deugden gefundeerd zijn.” De zalige Pater Kolbe, het afgelopen jaar zaligverklaard, zei: “Als een werk van God is, moet het vervolgd worden, zelfs door de goeden.” Alvorens zegevierend in het licht te treden, moet ieder werk, hoe goed het ook is, de kritieken zelfs van hen kennen die de verdedigers ervan zouden moeten zijn. Alvorens er door gesticht te zijn, zijn ze er de ergste tegenstanders van. Denken we maar aan de heilige Paulus. Mooi voorbeeld, dat zich ook vandaag nog herhaalt.

Laten wij voort gaan; laten we niet stil blijven staan bij personen die versperringen of hinderlagen plaatsen op onze weg, want zij zijn de eersten die daarover struikelen en erover zullen vallen, terwijl zij ons een impuls geven die ons sneller laat vooruitgaan.

Dit is het uur van Maria! “Op het einde zal mijn Onbevlekt Hart zegevieren” , zei Zij op het einde van Haar boodschappen te Fatima. Deze boodschap werd vernomen en beleefd door de kleine zielen, die Haar moederlijke raadgevingen trouw hebben opgevolgd. Daarom heeft er heden ten dage, door het Leger van Maria die ze werft, de fusie van deze mariale zielen plaatsgevonden.

Het bewijs dat de Boodschap van de Moeder van God is gehoord en beleefd geworden, is het ontluiken in aantal en in kwaliteit van de Centra van het Leger van Maria, waarvan de uitbreiding steeds verbazingwekkender wordt.

Deze opleving is het Werk van Maria, onze Moeder. Zij heeft Haar zielen in de stilte en in de schaduw voorbereid, terwijl Satan scheen en nog steeds schijnt te zegevieren.

Het is aan ons om nu de soepele, nederige en menslievende instrumenten te blijven, waarop Maria te allen tijde zal kunnen rekenen voor de uitbreiding van het rijk van God, door Haar moederlijke tussenkomst.

Marie-Paule

(Revue de l’Armée de Marie, volume II, numéro 4)